‘Als je kind overlijdt dan ben je klaar…’ Dat waren altijd mijn woorden. ‘Dan hoeft het niet meer. Dan is je leven voorbij en wacht je waarschijnlijk alleen nog totdat je zelf ook dood bent.’ Maar niks van dat alles bleek waar. Dat voor mij kennelijk bijna het tegenover gestelde waar bleek. Daar kwam ik pas achter op het moment dat hij overleed.
Op de twintig weken echo zagen ze dat er iets niet klopte. Benja had vocht in zijn borst op een plek waar het niet hoorde. Vele maanden van onzekerheid volgde, tientallen onderzoeken werden er gedaan in de VU en het LUMC. Wekelijks moesten we naar het ziekenhuis voor een medische echo. De ene week wamen we thuis vol hoop, de volgende week vol zorgen. Toen hij geboren werd, heeft hij twintig seconde op mijn borst gelegen, waarna hij meteen meegenomen werd om aan de beademing. In de twee maanden dat hij op de intensive care lag, was ik vreselijk bang dat hij dood zou gaan. Ik was alleen maar boos en bang. De angst was verlammend hij greep me naar mijn keel en zorgde ervoor dat ik nog mar één focus had. Benja moest blijven leven, wat er ook gebeurde…
Ik kon niet meer
Toen hij zo’n zes weken oud was en wij al vanaf de twintig weken echo in een medische rollercoaster zaten, stortte ik in. Ik kon niet meer. Ik lag in bed en wilde eigenlijk niet meer mijn hoofd onder de dekens vandaan komen. Ik wilde dat ‘ze’ me in een coma zouden brengen en dat ik pas weer wakker zou worden als Benja beter was.
Op een avond toen we die dag weer heel slecht nieuws hadden gekregen, Benja had er weer een infectie bij en ze wisten niet of hij deze overleven, appte ik een vriendin.
‘Laar, weet jij iemand die me kan helpen? Ik moet met iemand praten, ik kan het niet meer aan. Ik heb hulp nodig.’
‘Maart, wat goed dat je me appt , ik weet zeker iemand die jou kan helpen. Haar naam is Christel, ze geeft Shiatsu massages maar ze doet ook gesprekken, ze is een soort van spiritueel coach. Wat fijn dat ik toch iets voor je kan doen.’
Lara stuurt me haar nummer door en ik maak meteen een afspraak. Ik kijk niet op haar website wat ze doet of wie ze precies is, daar heb ik de puf niet meer voor. Als Lara zegt dat het goed is dan zal dat wel.
Twee dagen later stap ik haar praktijk binnen. Er heerst een serene sfeer, het ruikt licht naar wierook en ik barst bijna meteen in tranen uit. ‘Och vrouw, wat een intens verdriet, zegt ze. Kom eerst maar even huilen, laat het maar gaan.’ Het is voor het eerst dat ik breek met iemand erbij. Ik heb me al die tijd zo groot gehouden, ik heb zo geknokt, zo gestreden, zo gevochten, dat ik helemaal ben vergeten om mijn eigen verdriet de ruimte te geven.
Ik zit tegen haar aan en huil een tijdje. Het voelt als een opluchting.
Begin van mijn ontdekkingstocht
Wat ze me daarna vertelt, is het begin geweest van mijn ‘spirituele ontdekkingstocht’ als ik het zo mag noemen. En waardoor ik het overlijden van Benja op zo’n manier heb kunnen beleven dat het me vooral kracht, inspiratie, liefde en dankbaarheid voor het leven heeft gebracht.
Ze vertelt een heleboel maar hetgeen wat me het meest is bijgebleven is wat ze uitlegt over het verschil tussen je ego en je ziel. Ik ga het proberen uit te leggen in de bewoordingen waarin ik het begrepen heb en waardoor ik het leven beter ging snappen. Er zullen uiteraard verschillende omschrijvingen voor zijn.
Wij zijn allemaal op aarde omdat we dat willen, omdat we daar zelf voor gekozen hebben. Wij mensen hebben (o.a.) een ziel en een ego. Je ziel is datgeen wat jij werkelijk bent. Datgeen wat nooit sterft, dat wat uit je lichaam treedt als je overlijdt. Je ziel is dat stuk dat op aarde is om ervaringen op te doen, om dingen te leren. Dingen die ons ego wellicht niet altijd als leuk zal bestempelen. Je ego is datgeen wat je hier op aarde gebruikt om te ‘overleven’. Je zou kunnen zeggen dat je ziel bij je hart hoort bij het voelen en je ego bij je hoofd bij het denken.
Jouw ego wil geen pijn
Christel zegt tegen me: ‘Natuurlijk wil jouw ego niet dat Benja sterft. Jouw ego wil geen pijn, jouw ego wil geen verdriet, jouw ego wil Benja niet missen. Jouw ego wil hem bij zich houden. Dat is heel normaal, dat is begrijpelijk, dat is wat er gebeurt als je mens bent. Maar jouw ziel ‘wil’ wellicht iets anders dan jouw ego.’
Je ziel komt op aarde in het lichaam dat jij nu hebt, met een doel. Dat doel is om alle dingen op aarde te ervaren die er te ervaren zijn. Dat betekent liefde, geluk, vrijheid. Maar ook verdriet, gemis, pijn en verlies. Voor de ziel zijn de emoties die wij (ons ego) als negatief bestempelen, niet persé negatief. Je ziel ziet dit als een ervaring waarvan zij kan leren. Je ziel heeft naast het doel van op aarde leven, vaak óók al een plan over wat ze specifiek wil leren in dit leven (daarover in een volgende blog meer uitleg). Wat ik nu ga zeggen is iets dat voor mij als kloppend voelt, maar ik wil bij voorbaat ook zeggen dat het nooit mijn intentie is om mensen te kwetsen die ook een kind hebben verloren, Dit is de manier waarop ik er naar kijk, dit is míjn waarheid, dat hoeft niet dé waarheid te zijn.
Stel dat mijn ziel in dit leven wil leren of ervaren hoe het is om dingen ‘los te kunnen laten’ om te leren of te ervaren dat een mens gelukkig kan zijn, zonder de dingen vast houden waarvan een mens denkt gelukkig te worden. Dat je gelukkig kan zijn met wat er op dat moment is, zonder dat dat misschien precies hetgeen is dat jij wilt, of denkt te willen hebben. Dan zou het zomaar kunnen zijn, dat mijn ziel en de ziel van Benja samen hebben afgesproken dat wij ‘zijn overlijden’ samen in dit leven gaan ervaren omdat mijn ziel daarvan wil leren.
Diepere laag
Het is voor het eerst dat ik hoor over het verschil tussen een ego en een ziel. En ondanks dat ik een totaal ander idee had over deze sessie. Ondanks dat ik hoopte dat ik misschien hier het vertrouwen terug zou krijgen dat Benja niet dood zou gaan, dat ik weer tegenaan zou kunnen voor hoelang het zou duren. Voel ik dat er een waarheid in zit. Dat het resoneert zoals dat heet. Ik wil nog steeds niet dat Benja dood gaat, ik ben nog steeds doodsbang maar ergens voel ik dat er een diepere laag bestaat. Dat het niet meer stopt bij: ‘ik wil niet dat Benja dood gaat’. Het lijkt alsof de wereld ineens iets groter is geworden. Het lijkt wel alsof er meer perspectief is, alsof er meer ruimte is om naar de situatie te kijken.
Ik ga bij Christel weg en rijd meteen door naar het ziekenhuis waar Benja ligt. Ik voel me anders, lichter en ben vooral heel blij om Benja weer te zien die ochtend…